Verschillende periodes in architectuur:
Klassiek
De geschiedenis van onze beschaving en cultuur is
begonnen in Griekenland. Doordat allerlei mensen naar griekenland trokken en
zich mengden met de oorspronkelijke bewoners ontstond de Giekse beschaving in
Mycene. Ongeveer 1200 vóór Christus vielen allerlei stammen Griekenland binnen
en toen bloeide de architectuur op. Er bestond nooit één centrale besturing;
het land bestond uit allerlei stadstaten. Ook de Grieken hadden een meergodsdom
en elke god had zijn eigen tempels.
Postmodernisme
Eigenlijk is het postmoderne denken begonnen in de kunst, de architectuur.
In de veertiger jaren was de bouwkunst
nog allemaal recht-toe-recht-aan, alles keurig recht, de ramen recht en
harmonieus. Binnen de kunst kwam er een stroming, die zich daartegen verzette.
Een gebouw kan dan uit diverse stijlen opgebouwd zijn; romaanse
kunst met gotische
kunst, enz. Het is niet vanuit één werkwijze gebouwd, hoewel het wel
funktionele gebouwen kunnen
zijn. Maar je ziet er alle stijlen in terug. Het is niet logisch, niet
harmonisch, het heeft van alles wat.
Modernistisch
Moderne kunst is de term die algemeen gebruikt wordt voor de avant-gardistische
artistieke uitingen vanaf het begin van de 20e eeuw tot ongeveer de jaren 60.
Belangrijke stromingen binnen de moderne kunst waren kubisme, futurisme, dadaïsme en surrealisme. Een algemeen
kenmerk van de moderne kunst is de drang om te experimenteren en het scheppen
van een grotere afstand tussen het kunstwerk en de werkelijkheid, bijvoorbeeld
door een verregaande abstractie of de nadruk op het kunstwerk als idee.
---------------------------------------------------------------------------------------------
De eiffeltoren:
Voltooid in 1889 is de Eiffeltoren in Parijs, op grote televisietorens na, met zijn driehonderd meter nog altijd de hoogste toren van Europa. Door schommelingen van de temperatuur kan de toren tot meerdere centimeters in hoogte groeien en krimpen. Het gevaarte is geheel opgetrokken uit metaal dat de Eiffeltoren zijn gewicht van bijna 7500 ton geeft. Met televisieantenne meet de Eiffeltoren zelfs 324 meter.
De toren is een ontwerp van de Franse architect en constructeur Gustav Eiffel en diende als toegangspoort tot de wereldtentoonstelling van 1889 in Parijs, tevens de honderdste verjaardag van de Franse revolutie. De Eiffeltoren werd eigenlijk ontworpen door twee naaste medewerkers van Gustav Eiffel: Maurice Koechlin en Emile Nouguier. Eiffel, ook één van de ontwerpers van het Vrijheidsbeeld, was zelf niet een groot fan van de toren die later naar hem werd vernoemd.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Naast deze informatie hebben we ook verschillende plaatjes gezocht van de eiffeltoren, in 2d, 3d en 4d:
2d Eiffeltoren:
3d Eiffeltoren:
------------------------------------------------------------------------------------------------------------
In de beeldcultuur kan je het hebben over 3 verschillende periodes, namelijk de klassieke periode, de modernistische periode en de post-moderne periode. Door middel van deze periodes hebben we 3 verschillende kunststukken van de Eiffeltoren gezocht:
Klassiek
Jacques Tanges, gemaakt in 1993
Intuitieve stadium, representatieve stadium en oordeelstadium
Modernistisch
Uli Freude, gemaakt in 2000
Intuitieve stadium, expressieve stadium, vorm, stijl en mediumstadium en oordeelstadium
Post-modern
Sjer Jacobs, gemaakt in 2009
Intuitieve stadium, expressieve stadium, vorm, stijl en mediumstadium en oordeelstadium
Hiernaast hebben we, zoals onder de kunstwerken staat, ook gekeken bij welke ontwikkelingsstadiums van Parsons de kunstwerken behoren:
Parsons kwam tot vijf stadia:
- het intuïtieve stadium, waarbij de zintuigen een belangrijke rol spelen.
- het representatieve stadium, waarbij het weergeven van de werkelijkheid (hoe echter hoe mooier) centraal staat.
- het expressieve stadium, waarbij het weergeven van de innerlijke werkelijkheid centraal staat.
- het vorm, stijl en mediumstadium, hoe heeft de kunstenaar het schilderij gemaakt.
- het laatste stadium is het oordeel stadium en staat in het teken van oordeel en reflectie, er wordt geoordeeld op basis van eigen inzicht.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------
Lesidee Beeldende Vorming:
Door middel van deze informatie hebben we een les ontworpen over de Eiffeltoren.
Als lesinleiding blikken we terug naar de vorige handvaardigheid opdracht waarbij ze doormiddel van stenen blokjes in 2 tallen de hoogste toren moesten bouwen.
Hierna vertellen we een kort verhaaltje over iemand die op stedenreis is in Parijs en daar de Eiffeltoren heeft bezocht.
Met de kinderen bekijken we verschillende plaatjes (2d, 3d en 4d) van de Eiffeltoren en brainstormen we hoe dit gebouw precies stabiel gebouwd is.
Hierna bespreken we de opdracht:
Organisatie:
-de suikerklontjes, karton of ander materiaal moet klaarliggen zodat de kinderen kunnen bouwen.
-Glitters en versiering moeten klaarliggen zodat de kinderen de eiffeltoren kunnen versieren.
-De kinderen zitten in groepjes, zodat ze samen kunnen werken.
-Wanneer er wordt uitgelegd laten we al het materiaal 1 voor 1 zien.
Oriëntatie:
-De les word ingeleid doormiddel van een foto en een verhaal over onze wereldreis. - Vragen : Wat zie je ? vind je het mooi?
Zou je zo’n poster in je kamer willen hebben?
Van welk materiaal is de Eiffeltoren gemaakt? Waar zie je zit aan?
Zou je het willen opzoeken?- Nou hebben we allemaal eens goed gekeken naar de Eiffeltoren. De bedoeling is dat we deze na aan maken. Denk daarbij aan de constructie van deze toren die we net besproken hebben. Ik geef ze een plaatje van de Eiffeltoren om er zelf nog goed naar te kijken.
-De les word ingeleid doormiddel van een foto en een verhaal over onze wereldreis. - Vragen : Wat zie je ? vind je het mooi?
Zou je zo’n poster in je kamer willen hebben?
Van welk materiaal is de Eiffeltoren gemaakt? Waar zie je zit aan?
Zou je het willen opzoeken?- Nou hebben we allemaal eens goed gekeken naar de Eiffeltoren. De bedoeling is dat we deze na aan maken. Denk daarbij aan de constructie van deze toren die we net besproken hebben. Ik geef ze een plaatje van de Eiffeltoren om er zelf nog goed naar te kijken.
Uitvoering:
-Vragen stellen tijdens de begeleiding, zoals:
- Waarom ga je het zo bouwen?
- Hoe maak je de constructie stevig?
- Hoe ga je van groot naar klein werken?
- Hoe gaan jullie de taken verdelen?
-Eisen stellen tijdens de begeleiding:
- De kinderen moeten samenwerken.
- De kinderen moeten allemaal iets te doen hebben.
- De kinderen moeten in 3 kwartier een eiffeltoren gebouwd hebben.
- De kinderen moeten met elkaar overleggen hoe ze van groot naar klein gaan werken.
- De kinderen moeten aan het einde van de les bedenken hoe ze de eigen gemaakte eiffeltoren gaan versieren.
Nabeschouwing:
-Wanneer de kinderen klaar zijn met hun werk:
- Laten we de kinderen het werk presenteren.
- Hierbij moeten de kinderen vertellen waarom ze zo hun eiffeltoren hebben gebouwd.
- Ook moeten de kinderen vertellen waarom ze hun eiffeltoren zo versierd hebben.
- Alle kinderen moeten aan elkaar tips en tops geven.
-Het werk van de kinderen:
- Wordt gepresenteerd op een vensterbank.
- Hierdoor krijgen de kinderen inspiratie voor de komende lessen over de eiffeltoren.
- De kinderen gaan in de volgende les de eiffeltoren zo goed mogelijk na tekenen.
Accenten of opmerkingen:
-We besteden aandacht aan de leeftijd door een uitdagende opdracht met ze te gaan doen. We willen ze eerst zelf laten onderzoeken . En ze laten uitgaan van hun ‘eigen kunnen’ . De verschillen tussen kinderen is bij deze opdracht minder zichtbaar. Van te voren bespreek je de regels ( elk kind doet het op zijn eigen manier en alles is goed ! we lachen onze klasgenoten niet uit.) Elk kind kan zich zo op eigen Niveau ontwikkelen en kennis maken met ‘de bouw van een constructie.
-We besteden aandacht aan de leeftijd door een uitdagende opdracht met ze te gaan doen. We willen ze eerst zelf laten onderzoeken . En ze laten uitgaan van hun ‘eigen kunnen’ . De verschillen tussen kinderen is bij deze opdracht minder zichtbaar. Van te voren bespreek je de regels ( elk kind doet het op zijn eigen manier en alles is goed ! we lachen onze klasgenoten niet uit.) Elk kind kan zich zo op eigen Niveau ontwikkelen en kennis maken met ‘de bouw van een constructie.
Vragen:
Verschillende soorten vragen die gesteld kunnen worden tijdens de les door de leerkracht om de kinderen over hun werk na te laten denken:
- Startvraag: Wat zie je? Waar doet het je aan denken?
- Onderzoeksvraag: Hoe is de Eiffeltoren gebouwd? Welke constructie zie je? Welke details komen goed naar voren in de bouwvorm?
- Speculatieve vragen: Hoe zou je de Eiffeltoren vrolijker kunnen maken? Hoe zou je de Eiffeltoren veranderen om het gebouw vrolijker te maken?
- Oordeelvragen: Wat vind je van de Eiffeltoren? Wat vind je van de bouwconstructie? Wat vind je van de kleur?
Les
- We delen de groep in 4 groepen.
- We delen aan elk groepje een schematische tekening van de Eiffeltoren uit.
- Deze afbeelding mogen ze gebruiken bij het bouwen van de Eiffeltoren en verder bewerken.
- Hierna krijgen alle groepen de benodigdheden om een soortgelijke Eiffeltoren te bouwen, namelijk met suikerklontjes en 1 seconde lijm.
- De kinderen krijgen een uur de tijd om hun eigen gemaakte Eiffeltoren te bouwen, en hierna mogen ze hun exemplaar presenteren aan de klas.
Als afsluiting van de les, blikken we terug op het verloop van de les; Ging het goed? Was het moeilijk om het exemplaar stabiel te maken? Was het moeilijk om met suikerklontjes te werken? etc.
Hierna blikken we vooruit op de komende lessen waarbij de leerlingen de eigengemaakte Eiffeltorens mogen versieren met verf en glitters.
Resultaat:
Resultaat:
------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Vervolg op les (tekenles):
Naast het bouwen van de Eiffeltoren hebben we ook gekeken wat het verschil qua creativiteit is in de onderbouw en bovenbouw. Dit hebben we gedaan aan de hand van tekeningen van de Eiffeltoren:
Eiffeltoren Groep 3:
Door middel van deze tekening kan je concluderen dat kinderen in groep acht juist heel veel oog hebben voor details en proberen om het object dat ze na moeten tekenen, zo goed mogelijk proberen na te tekenen. Vaak gebeurt dit dan ook met succes. De bijbehorende omgeving komt later, wanneer het object naar hun idee perfect getekend is.
Eiffeltoren Groep 3:
Zoals te zien is, kijken kinderen in groep 3 niet veel naar details, maar meer naar de vorm van het object wat ze na moeten tekenen. In deze tekening is ook te zien dat ze denken aan bijbehorende omgeving (regenboog en familie) en dat ze wel denken aan de torens en de zigzaggende materialen tussen de palen.
Eiffeltoren Groep 5:
Zoals te zien is aan deze tekening, tekenen kinderen in groep 5 naast het object zelf ook de bijbehorende omgeving, namelijk het meisje. Aan deze tekening is ook te zien dat hoe ouder het kind is, hoe meer het kind zich focust op details in een tekening.
Eiffeltoren Groep 8:
